

Vandaag is het de ‘derde dinsdag in september’, oftewel Prinsjesdag. De dag van hoed, de koets en het koffertje van het ministerie van Financiën. Minister Hoekstra overhandigt het koffertje vandaag aan de Tweede Kamer met daarin twee belangrijke documenten: de Miljoenennota en de Rijksbegroting. Hierin staan de plannen van het kabinet voor het komende jaar en een toelichting hoe deze plannen worden gefinancierd.
Voor het eerst sinds 1908 spreekt de Koning de troonrede niet uit in de Ridderzaal maar in de Grote Kerk in Den Haag. Dat heeft te maken met de coronacrisis die de wereld de afgelopen maanden in zijn greep heeft.
De coronacrisis beïnvloedt niet alleen de ceremonie van Prinsjesdag, maar ook de plannen van het kabinet. Door de coronacrisis konden veel mensen niet werken en kwam de economie een aantal maanden zo goed als stil te liggen. De economie heeft hierdoor een flinke klap gekregen en het kabinet zal met structurele plannen moeten komen om de economie weer te herstellen. Vandaag zijn de plannen bekend gemaakt die het kabinet heeft bedacht om de economie weer op gang te brengen. Het kabinet geeft bijvoorbeeld aan te willen investeren om uit de economische crisis te komen doormiddel van het investeringsfonds van minister Hoekstra en minister Wiebes.
Na Prinsjesdag beginnen de begrotingsonderhandelingen en wordt het politiek spannend. Tijdens de begrotingsbehandelingen wordt iedere begroting uitgebreid besproken met de desbetreffende minister. Kamerleden kunnen doormiddel van amendementen kosten op de begroting wijzigen, mits hier een meerderheid voor is. De huidige coalitie heeft voor een meerderheid in zowel de Eerste als de Tweede Kamer steun nodig van de oppositie. Dat betekent dat het kabinet moet samenwerken met de oppositie om een meerderheid voor het belastingplan 2021 te behalen. Wanneer de Eerste en Tweede Kamer hebben ingestemd met de begroting mag het kabinet weer aan de slag om deze plannen uit te voeren voor Nederland.
Dröge en Drimmelen volgt de ontwikkelingen rond Prinsjesdag op de voet en helpt u graag met advies over de begroting van het kabinet. Wij houden de actualiteit scherp in de gaten, voor Prinsjesdag en voor het komende politieke jaar.
Wat betekent Prinsjesdag voor uw organisatie?
Vandaag presenteerde het demissionaire kabinet van VVD, CDA, D66 en CU de Miljoenennota, de Rijksbegroting en het Belastingplan. In dit overzicht vindt u de belangrijkste wijzigingen voor uw organisatie. De relevante passages zijn uiteengezet in de onderstaande Prinsjesdagstukken.
Wat betekent het voor NRG?
Het kabinet heeft op de begroting van het Ministerie van VWS €35 mln gereserveerd voor 2022 voor de mogelijke bouw van een reactor voor medische isotopen (Pallas) en de isotopenfabriek van Shine. Het kabinetsdoel is om de voorzieningszekerheid van medische isotopen te waarborgen. Concreet is €5 mln begroot voor Shine en €24,9 mln voor de voorbereiding van de Pallasreactor. Dit is als gevolg van de lagere kosten die zijn geraamd voor 2021. Daarmee blijft nog ca €5 mln aan middelen over waarvan de allocatie nog onduidelijk is. Daarnaast wijst het overzicht van moties en toezeggingen die nog uitstaan op de motie van De Vries (VVD) en Van den Berg (CDA) om in te zetten op financiële ondersteuning vanuit de EU voor de borging van de leveringszekerheid.
De begrotingen van de Ministeries van EZK en I&W gaan met name in op hetgeen het kabinet de afgelopen jaren heeft gedaan, met een sterke nadruk op de voortzetting van reeds bestaand beleid. Dit kan worden verklaard door de demissionaire status van het kabinet. Wel wordt aangestipt waar het volgende kabinet mee aan de slag moet gaan. Zo stelt bijvoorbeeld de begroting van I&W dat in 2022 het nationaal beleid voor radioactief afval geëvalueerd moet worden ter voorbereiding op een nieuw Nationaal programma voor radioactief afval.
Met betrekking tot het Nationaal Groeifonds wordt in 2022 de Instellingswet verwacht. Deze zet o.a. het doel en bereik van het fonds nader uiteen, evenals de mogelijkheid voor partijen om direct investeringsvoorstellen in te dienen bij het Nationaal Groeifonds. Onze verwachting is dat de rol van ministeries in het aanvraag- en goedkeuringsproces van voorstellen van groot belang blijven. Zo blijft het bijvoorbeeld mogelijk om via ‘een departementale route’ investeringsvoorstellen in te dienen. Het kabinet verwacht dat de Instellingswet in 2023 pas definitief wordt ingevoerd. Vanaf dat moment is de Instellingswet pas officieel van kracht.
Begrotingstechnisch gezien geeft het kabinet aan dat er geen budgettaire schotten bestaan tussen de drie pijlers van het Groeifonds. Dit betekent dat de uiteindelijke verdeling van de middelen over de drie pijlers anders uit kan vallen dan in de begroting wordt weergegeven, afhankelijk van de projecten die in de toekomst nog worden geselecteerd.
Hoe nu verder?
De Algemene Politieke Beschouwingen (ABP) en de Algemene Financiële Beschouwingen (AFB) vinden plaats op respectievelijk 22-23 september en 5-7 oktober. Tijdens deze debatten wordt op hoofdlijnen gedebatteerd over de plannen van Rutte III. De begrotingsbehandelingen starten in de week van 5 oktober, en duren de hele maand oktober en november. De begroting van het Ministerie van EZK vindt plaats in de week van 2 november 2021. Tijdens de begrotingsbehandelingen wordt in groter detail ingegaan op de aangekondigde maatregelen per ministerie. Deze debatten volgen we op de bekende thema's en voorzien we van duiding op relevante onderwerpen.
Daarnaast is er nog geen nieuw kabinet gevormd. Het land moet geregeerd worden en dus moeten er wel een begroting komen voor volgend jaar. De formatie van een nieuw kabinet zal weinig tot geen impact hebben op de begroting. Dit komt omdat het overgrote gedeelte van de begrootte bedragen juridisch verplicht uitgegeven moeten worden. Hierom kan een nieuw kabinet weinig verandering aan deze begroting brengen. Tenzij er snel een kabinet wordt gevormd en dat kabinet nog aan de liggende begrotingen gaat sleutelen. Dat betekent dat dan ook de begrotingsbehandelingen opnieuw moeten. Gezien het huidige formatieproces is dit niet waarschijnlijk.
Voor het einde van het jaar stemmen de Tweede Kamer en de Eerste Kamer over de voorstellen en amendementen. Zodra zij de voorstellen hebben goedgekeurd, is de Rijksbegroting vastgesteld en kan de regering haar plannen gaan uitvoeren.